Garabandal (Spanje)

18-6-1961 t/m 13-11-1965


San Sebastian de Garabandal is een onooglijk dorp in noordwest Spanje in de provincie Santander. Het is prachtig gelegen in het Cantabrisch Gebergte, tussen de Picos de Europa (hooggebergte) en de zee (Golf van Gasconje). Het is desolaat en pittoresk. Op 18 juni 1961 beweren vier meisjes dat de heilige Michael hen verschenen is nadat ze appelen gestolen hadden uit de tuin van de schoolmeester! In dit dorp vonden diverse verschijningen plaats tussen 18 juni 1961 t/m 13 november 1965 aan: Conchita Gonzales, Loli Mazon, Jacintha Gonzales en Maria-Cruz Gonzales. De eerste 3 meisjes waren 12 en het vierde 11 jaar oud. Hoewel drie van deze meisjes dezelfde achternaam hebben, zijn ze geen familie van elkaar. Terwijl zij in het bergdorpje op straat speelden, hoorden zij plots een donderslag. Kort daarop zagen ze een Engel. Zichtbaar aangedaan renden de meisjes naar de dorpskerk. In de dagen die volgden, verscheen de Engel diverse malen. De eerste keer, dat de Engel sprak was op 1 juli 1961. Hij verkondigde hierbij, dat de H. Maagd Maria de volgende dag aan de kinderen zou verschijnen als Onze Lieve Vrouw van de Berg Karmel.

De zieners van garabandal

Bij zijn verschijning op zaterdag 24 juni 1961 zagen de meisjes bij de voet van de Engel een bord, waarop Romeinse cijfers en enkele zinnen waren geschreven. Doordat ze zo aangedaan waren door de pure hemelse schoonheid van de Engel, drong de tekst volgens Jacinta niet tot ze door. In een brief van Conchita, geschreven op 22 maart 1965 aan William A. Nolan, een Amerikaan uit Illinois in de Verenigde Staten, vermeldde Conchita onder meer de Romeinse cijfers: XVIII-MCMLXI (18 oktober 1961), die op de laatste regel geschreven waren. Dit was ongetwijfeld een zinspeling op de eerste Boodschap van 18 oktober 1961.

Bij haar derde verschijning op 4 juli 1961 vroeg Maria aan de meisjes, of ze wisten wat het opschrift betekende, dat ze bij de Engel gezien hadden. Ze riepen, dat ze dat niet wisten. Toen maakte Maria de tekst van de Boodschap bekend en verklaarde de zin ervan. Ze gaf de meisjes de opdracht deze boodschap op 18 oktober 1961 bekend te maken. Ze zei dat ze de Boodschap moesten afkondigen voor het portaal van de kerk en de tekst moesten overhandigen aan Don Valentin, de dorpspastoor, om de inhoud te laten voorlezen om half elf in de avond bij de pijnbomen.

Toen de 18e oktober naderde waren de verwachtingen van vele mensen hoog gespannen, hoewel de meisjes gezegd hadden dat ze op 18 oktober alleen een Hemelse Boodschap zouden bekend maken. Vele dachten dat er iets spectaculairs zou gebeuren. Zoiets als het Zonnewonder van 13 oktober 1917 in Fatima. Of één of ander bovennatuurlijk gebeuren, wat de sensatiezucht zou bevredigen, of in het beste geval het zwakke geloof van velen zou versterken en bevestigen. Op 17 oktober 1961 begonnen de eerste pelgrims naar Garabandal te komen. Op de 18e oktober kwamen daar nog duizenden anderen bij. De meesten kwamen te voet van Cosio naar Garabandal; een afstand van ruim 5 kilometer. Want de weg in die dagen was maar een ezelspad. Een auto kon nauwelijks in Garabandal komen. Het was erg slecht weer. Een constant stromende regen met een koude wind teisterde de pelgrims en de weg naar Garabandal werd veranderd in een moeras. Dit ging de hele dag door. De meesten konden schuilen in de cafeetjes en bij de gastvrije dorpsbewoners van Garabandal. 

De 1e Boodschap (18 oktober 1961):

Vanwege het uitermate slechte weer besliste de bisschoppelijke commissie dat het tijdstip vervroegd zou worden van half elf naar half negen 's avonds. Verder zou de eerste bekendmaking van de meisjes bij het kerkje moeten komen te vervallen. Verstandelijk gezien was dit de juiste beslissing, maar het ging tegen de wens van de H. Maagd in. Het ontbrak de commissie aan geloof en vertrouwen in Maria. Toen bekend werd dat de Boodschap bij de pijnbomen bekend zou worden gemaakt, trok de massa in de stromende regen via het spekgladde weggetje, de 'callega' genaamd, naar de pijnbomen. De mensen werden drijfnat. Vele kwamen te vallen en kwamen onder de modder en viezigheid te zitten. Pastoor Valentin was ondertussen met de vier meisjes bij de pijnbomen gekomen. Het had even opgehouden met regenen. Hier en daar zag men door de wolken de maan oplichten. Pastoor Valentin las eerst zelf de Boodschap. En gaf het toen aan de meisjes om de boodschap voor te lezen. Waarom deed hij dat? Was hij in verlegenheid gebracht door de kinderlijke stijl van de Boodschap? De stemmen van de vier meisjes waren te zwak, om het voor iedereen verstaanbaar te maken, zodat aan twee mannen gevraagd werd deze eerste Boodschap hardop voor te lezen.

De vertaalde 1e Boodschap van 18 oktober 1961 luidde:

  • wij moeten veel offers brengen;
  • wij moeten veel boete doen;
  •  wij moeten dikwijls het H. Sacrament bezoeken;
  • maar vooral moeten we zeer goed zijn.
  • als wij dit niet doen, zal een straf ons treffen;
  • de beker vult zich al enals wij ons niet veranderen, zal een zware straf ons treffen.

Dit was het. Was dat alles? Vele aanwezigen waren diep teleurgesteld. Men had zoveel meer verwacht. Iets bovennatuurlijks. Een geweldig bovennatuurlijk licht of wat dan ook. Vele gingen dan ook met een grote desillusie naar beneden en vertrokken koud en doorweekt zo gauw mogelijk uit dat achterlijke dorp weg, om daar nooit en nooit meer terug te komen. Alleen de echte Godzoekers bleven achter. Vooral mensen met een levendig Geloof en Liefde voor het H. Sacrament. Hier had zich de eerste schifting voorgedaan. 

Al vroeg tijdens de verschijningen hadden de meisjes ter bevestiging om een teken gevraagd. Dit kwam in de morgen van 18 juli 1962. Plots verscheen op mysterieuze wijze een zichtbare Hostie op de tong van Conchita. Veel mensen hebben het bijgewoond en een man, die dicht bij Conchita stond, heeft hiervan diverse foto's gemaakt. Na de vele verschijningen van Maria in de jaren 1961 en 1962 kwamen er in 1963 bijna geen verschijningen meer. Wel hadden de ziensters nog een geestelijk innerlijk contact. En hoorden ze Christus en Maria in het diepste van hun bewustzijn. Men noemt deze mystieke fenomenen "locuties", ofwel inwendige stemmen. Daarbij zou Maria aan Conchita hebben gezegd, dat zij op 18 juni 1965 de H. Aartsengel Michaël weer zou zien.

De 2e Boodschap (18 juni 1965):

Het nieuws dat op 18 juni 1965 de Aartsengel Michaël weer zou verschijnen en de tweede en laatste Boodschap zou geven, verspreidde zich over de gehele katholieke wereld. Op 18 juni 1965 waren vele honderden pelgrims in Garabandal aanwezig. Het was een prachtige dag in tegenstelling tot de koude en regenachtige 18e oktober 1961. Rond 23.00 uur vertrok Conchita naar het rotsachtige bergweggetje dat 'calleja' wordt genoemd. Het was een prachtige nacht met ontelbare sterren, die mooier fonkelden dan ooit. Er was geen maan. Plotseling keek iedereen naar boven. Vanuit het Noordwesten kwam een nieuwe ster op, mooier dan alle andere sterren aan de hemel. Zij maakte een grote cirkel en keerde daarna naar haar vertrekpunt terug. Twee minuten later verscheen opeens een andere bijzondere heldere ster, minder groot dan de eerste. Deze 2e ster ging verticaal boven het huis van Conchita staan en verplaatste zich langzaam in de richting van de pijnbomen en doofde daar plotseling uit.

Dan verschijnt Conchita in het licht van de sterrennacht en beschermd door mannen uit het dorp en door politieagenten, de Guardia Civil. Zij arriveerde bij de plaats waar de Aartsengel Michaël voor de 1e maal was verschenen op 18 juni 1961, het 'cuadro' genaamd. Conchita maakt zich los van haar beschermers, zette enige stappen, helemaal alleen, kijkt naar de grond, richt het hoofd op en valt in extase. Met een harde slag kwamen haar knieën op de scherpe keien terecht. Felle schijnwerpers van de Spaanse en Italiaanse televisie worden op haar gericht, maar zij blijkt geen enkele hinder van het felle kunstlicht te hebben en kijkt met wijd openstaande ogen naar de engel.

Conchita maakt met een ongewone waardigheid kruistekens. Haar gezicht straalt; zij heeft een engelachtige glimlach en ogenblikken van plechtige ernst. De verschijning begon ongeveer om 23.40 uur en speelde zich af in twee korte fasen van in totaal 12 à 13 minuten. Na het vertrek van de Engel richtte Conchita zich op, bedekte vlug haar ogen om ze te beschermen tegen het hevige licht van de schijnwerpers. Nu werd ook zij erdoor verblind.

De volgende dag, 19 juni 1965, werd het huis van Conchita vanaf de vroege morgen wederom bestormd. Onvermoeid ontving zij iedereen om afscheid te nemen; zij reikte prentjes en foto's uit; zij kuste eerbiedig voorwerpen die haar werden aangeboden. Vervolgens, zonder enig ontbijt, vertrok zij met de menigte naar de Kerk. Eindelijk, rond één uur 's middags, las men de tekst van de boodschap op de drempel van het huis van Conchita. De tekst was door Conchita zelf opgeschreven en voorgelezen in het Spaans en in het Frans:

De vertaalde 2e Boodschap van 18 juni 1965 luidde:

  • Mijn boodschap van 18 oktober 1961 werd niet volbracht en is niet genoeg bekend gemaakt over de gehele wereld. Daarom zeg ik u, dat deze boodschap één der laatste is.
  • Voorheen was de kelk zich aan het vullen, maar nu loopt hij over.
  • Veel Priesters, Bisschoppen en Kardinalen gaan de slechte weg op en trekken vele gelovigen met zich mee. Minder en minder gaat men waarde hechten aan de Eucharistie.
  • Jullie moeten de nodige inspanningen doen, om de boosheid van God af te wenden. Als jullie Hem met een zuiver gemoed vergiffenis vraagt, zal hij jullie vergeven.
  • Ik ben het, jullie Moeder, die jullie door tussenkomst van Sint Michaël vraagt je te beteren. Dit is één van de laatste waarschuwingen.
  • Ik hou van jullie en wil niet dat jullie verloren gaat. Bidt oprecht tot Ons en Wij zullen jullie verhoren. Breng meer offers. Overweeg het lijden van Christus.

Een echte profetische Boodschap. Wij leven nu in het jaar 2003. Welke onvoorstelbare ontwikkelingen hebben zich sinds 1965 in de Katholieke Kerk niet voorgedaan. Vele duizenden priesters hebben hun ambt verlaten. In vele kerken kwamen liturgische experimenten op gang, die in strijd met de katholieke leer en traditie werden uitgevoerd. Zodat men terecht kon gaan twijfelen of brood en wijn werden veranderd in het Lichaam en Bloed van Christus.
De Boodschap van Garabandal heeft de vinger op deze geestelijke wonde gelegd, maar de meeste kerkelijke gezagsdragers hebben ze genegeerd.

Tot op heden zijn er zo'n 2.000 verschijningen geweest in Garabandal. Tijdens deze verschijningen zijn meerdere boodschappen gegeven. Maria leert de kinderen hoe ze moeten bidden; langzaam, opdat zij erbij denken wat zij zeggen. Dat is dan ook een boodschap voor ieder van ons. Het gaat er immers niet om, door een Rozenhoedje heen te vliegen, maar om echt met onze gedachten bij Maria te zijn. In Beauraing zegt Maria: "Bidt altijd".

Het feit op zich, dat de H. Michaël hier als eerste de verschijningen begint, is ook als een boodschap; Hij is de Strijder en Overwinnaar van Satan. Als de kinderen tijdens de eerste boodschappen van Maria vernemen, dat zij elkaar zullen gaan tegenspreken over de verschijningen en deze zelfs zullen gaan ontkennen, zegt de H. Maagd: "Op deze wijze zullen jullie onder elkaar dezelfde verwarring stichten, die ook in de Kerk bestaat". Dit was ook een profetie, want hoewel de kinderen dit gewoon als iets onmogelijks beschouwden, is het toch gebeurd. Het was een zeer pijnlijke tijd en zij hebben het ook gebiecht. Garabandal heeft zeer veel wonderlijke feiten, o.a. de voorspelling van de Waarschuwing.

De Waarschuwing:

In een brief, gedagtekend 2 juni 1975, schrijft Conchita over de door de H. Maagd voorspelde waarschuwing: "Deze zal zijn als een straf en niemand zal zich er aan kunnen onttrekken. Elke persoon in de hele wereld een rechtstreekse waarschuwing van God zal krijgen die hem zijn eigen zondigheid zal doen inzien. Ze is bedoeld om de goeden dichter bij God te brengen en om de anderen aan te sporen zich tot God te bekeren". Men denkt hierover, dat het ongeveer hetzelfde zal zijn als wat de kinderen in Fatima beleefden, als zij zichzelf zagen in het Licht dat God was. Hiervan zegt Lucie: "Wij zagen onszelf beter dan in de beste spiegel". Dit komt omdat het onze innerlijke gesteltenis betreft. Op zichzelf genomen, sterft men er niet aan, maar áls men er aan sterft, komt dat door de grote shock, die men ervaart. Dit is goed te begrijpen, want hoeveel mensen leven er momenteel, die het bewustzijn van zonden totaal verloren hebben? Na de Waarschuwing komt dan het Grote Wonder!

Het Grote Wonder:

Na de Waarschuwing komt het grote Wonder, waarvan alleen Conchita de datum kent. Het zal alleen in Garabandal zichtbaar zijn. Het zal gebeuren op een donderdag om 20.30 uur en een kwartier duren. De aanwezige zieken zullen genezen en iedereen zal geloven. Zowel de paus als pater Pio zullen het zien... Conchita zal het acht dagen vooraf aankondigen. Het zal gebeuren tussen de 7de en de 17de van de maanden maart, april of mei. Het zal een feestdag zijn van een Eucharistische martelaar en samenvallen met een belangrijke gebeurtenis in de R.K. Kerk. Een lichtkolom zal achterblijven boven de pijnbomen.
Bij Haar laatste verschijning op 13 november 1965 zegt de H. Maagd: "Conchita, Ik kom niet alleen voor jou. Ik kom voor ál Mijn kinderen, omdat Ik verlang hen dichter bij Onze Harten te brengen. Geef Mij eens alles wat je hebt meegebracht; Ik zal het kussen. Dank zij deze kus, die Ik op de voorwerpen gedrukt heb, zal Mijn Zoon wonderen verrichten.Zeg eens Conchita, vertel Mij nog wat over Mijn kinderen, Ik houd hen allemaal samen onder Mijn mantel. Het is de laatste keer, dat je Mij hier ziet, maar Ik zal altijd bij jou en BIJ AL MIJN KINDEREN BLIJVEN. Waarom ga je niet vaker Mijn Zoon bezoeken in het Tabernakel? Hij wacht er dag en nacht op je ... Als je voor God verschijnt, moeten je handen vol goede werken zijn, die je volbracht hebt voor je medemensen, tot glorie van God. Voor het ogenblik zijn ze nog leeg!"Toen was het ineens uit!

De Grote Straf:

Als de mensen zich niet bekeren, zegt Conchita, zal God rechtstreeks een straf sturen over de wereld. Dit is geen natuurramp of wereldoorlog. Het zal erger zijn dan levend verbrand worden. Een groot deel van de mensheid zal omkomen...

Andere voorspellingen:

Als er iemand een doorslaggevende rol heeft gespeeld in de verspreiding van de boodschappen en gebeurtenissen van Garabandal dan is dat wel Joey Lomangino.

Conchita schreef op de achterkant van een ongedagtekende ansichtkaart: "Voor Joseph Lomaningo - De H. Maagd vroeg me aan Joseph te zeggen, dat hij zal zien op de dag van het Grote Wonder. Het eerste dat hij zal zien, is het Wonder, dat Mijn Zoon door mijn bemiddeling zal doen en vanaf dat ogenblik zal hij blijven zien". Joey Lomangino wordt beschreven als "de vijfde persoon van de gebeurtenissen in Garabandal", verbonden met de vier zienstertjes. Hij is een essentieel deel van deze gebeurtenissen. Dit gevoel wordt gedeeld door miljoenen mensen over de gehele wereld, die geroerd werden door het charisma van de "blinde Amerikaan", die zijn leven heeft gewijd aan de verspreiding van de boodschap van de H. Maagd in Garabandal. Totaal en ongeneeslijk blind, sinds de band van zijn vrachtwagen in 1947 in zijn gezicht explodeerde, kreeg Joey de verzekering, dat hij eerdaags zal zien. Brief van Conchita van 19 maart 1964: "Dierbare Joey, vandaag bij de pijnbomen beloofde de H. Maagd mij tijdens een inspraak, dat u nieuwe ogen zult krijgen op de dag van het grote wonder".

Joey Lomangino

 

De enige andere persoon, die Onze Heilige Moeder in Garabandal zag, was de 38-jaar oude Spaanse Jezuïetenpriester, Vader Luis Marie Andreu. Op 8 augustus 1961 nam deze pater verschillende minuten deel aan de extase van de meisjes. Ze zagen hem naast zich. Later zei de H. Maagd aan de meisjes, dat Pater Andreu haar gezien had en ook het Mirakel, dat zal komen. De pater verliet 's avonds Garabandal voor Cisio. Daar ontmoette hij de pastoor tegen wie hij zei: "Don Valentin, wat de meisjes zagen is waar, maar zeg dit nu nog niet verder, want de Kerk kan niet voorzichtig genoeg zijn in zulke zaken". De pater stierf dezelfde avond. Zijn laatste woorden waren: "O, hoe gelukkig zijn we toch zo 'n goede Moeder in de hemel te hebben". De H. Maagd heeft tijdens een innerlijke geestelijk contact tegen Conchita gezegd, dat Vader Luis Marie Andreu de dag na het Mirakel zal worden opgegraven en dat zijn lichaam ongeschonden gevonden zal worden.

De Rooms-katholieke Kerk over Garabandal:

Geen van de bischoppen van Santander hebben tot op heden de Goddelijke oorsprong van de gebeurtenissen in Garabandal willen erkennen. Een speciale commissie verklaart uiteindelijk: tot de conclusie te zijn gekomen, dat het niet vast staat dat de Verschijningen van Garabandal bovennatuurlijk zijn. Des te opmerkelijker is de persoonlijke brief van Paus Johannes Paulus II aan de uitgever van een boek over Garabandal: "Vergeld God voor alles. In het bijzonder voor de diepe liefde waarmee U het gebeuren, zowel de verbanden met betrekking tot Garabandal, behandelt en verders bekend maakt. Moge de Boodschap van de Moeder Gods toegang tot de harten vinden, voor het te laat is...."

Laatste nieuws:

Joey Lomangino

Joey overleed op 18 juni 2014 aan een hartaanval in zijn woning te New York op de gedenkdag van de 1e verschijning van de Aartsengel Michaël aan de vier meisjes van Garabandal op 18 juni 1961.

De vier zieners van Garabandal zijn overgenomen van Garabandal Interational Magazine October-December 2004)

De site van de parochie in Garabandal is:
www.garabandalparroquia.com